De adviescommissie heeft aanvankelijk duidelijke ideeën over de kunstopdracht in het nieuw te bouwen Utrechts Archief. In aanmerking komen enkel een vrijstaande sculptuur, een wandkeramiek of een ‘transparant in het raam’. Verrassend is het daarom dat Lex Horn enkele maanden later een opdracht krijgt voor het vervaardigen van een wandkleed. Het werk is geweven uit zowel grove als fijne wol en sluit aan bij de oorspronkelijke bestemming: een wand van grijze puntblokken in de entreehal. Het kleurrijke middengedeelte wordt namelijk omgeven door zijden die qua kleurstelling aansluiten bij het witte plafond, de grijze wand en de met zwart linoleum beklede vloer. De liggende gedaante in het centrum van de compositie doet denken aan een embryonale figuur of juist aan het beeld van een overledene. Horn heeft zich naar eigen zeggen laten inspireren door ‘het menselijke organisme, daarmede symboliserende de gevoelens van de mens tegenover het leven en werken van zijn voorgeslacht, welke bij het zich verdiepen in archiefstukken in hem opkomen’. Kort na de oplevering van het ontwerp overlijdt de kunstenaar tijdens zijn vakantie in Frankrijk. Het wandkleed wordt, onder supervisie van zijn weduwe, uiteindelijk uitgevoerd door weverij De Uil in Amsterdam. MG